Enkele jaren
geleden was de heer Ton Elias woordvoerder van onderwijs voor de VVD. Hij
noemde stakende leraren geen knip voor de neus waard. Geert Wilders noemde
Minister-president Rutte geen knip voor de neus waard. Dat had niet te maken
met onderwijs, maar met een dubbele nationaliteit. De knip en de neus, het ene
is om het geld te kunnen bewaren, het andere is om geld te kunnen ruiken. De
vraag is of politici daar kan van hebben gegeten. Ik bedoel: hebben zij
verstand van knippen en hebben zij een goede neus?
Het verstand
van knippen is beperkt en reikt niet verder dan het eigen erf. De neus doet het
daarentegen uitstekend. Politici ruiken overal geld. In de bejaardenhuizen, in
scholen en zelfs in de meest krankzinnige plekken. Toch zetten zij een knip op
de neus wanneer ze langs de echte geurige geldinstituten komen. Een eigenschap
die politici goed beheersen is “scoren”, niet alleen bij de eigen achterban,
maar liefst ook bij die van de buren. Scoren is beslist een geliefde bezigheid.
Zij zijn dan erg fanatiek en gaan helemaal in het spel op, waarbij ze in het
geheel geen oog meer hebben voor wat er om hen heen gebeurt. In dat opzicht
zijn ze goed vergelijkbaar met onze beste voetballers: recht op het doel
afgaan, tackelen mag zolang de ombudsman, alias de scheidsrechter het maar niet
ziet.
Beleid, daar
gaat het om. Laten zien dat die knip waard zijn. Maar ach, de beste stuurlui
staan aan wal. Zo is het altijd geweest en zo zal het altijd zijn. Het is te
kort door de bocht om te beweren dat iemand geen knip voor de neus waard is.
Politici zijn niet in staat iedereen het naar de zin te maken. Politiek is een
kwestie van kiezen. Sommige regeringen laten geen mogelijkheid onbenut het
menselijk denkvermogen en de creativiteit zoveel mogelijk in te perken. De
regering Rutte 1 wilde ooit de dubbele nationaliteit verbieden. Natuurlijk zou
het alleen gaan om nieuwe gevallen, want we kunnen toch niet van Máxima eisen
dat zij haar Argentijnse nationaliteit opgeeft. Hoe moet dat dan straks wanneer
de dochters van onze toekomstige koning wederom met een Duitser trouwen. Moet
de huwelijkspartner vóór het huwelijk of direct na het huwelijk zijn
nationaliteit opgeven? Ik ben al sinds mijn geboorte Belg en Nederlander en in
tegenstelling tot mijn vader die mij deze twee nationaliteiten schonk, geef ik
ze nooit op. De Belgische staat kent het principe: “eens een Belg, altijd een
Belg!” Ook mijn kinderen hebben dus de Belgische nationaliteit en dat alleen
omdat de vader van mijn vader in België is geboren. Hij leefde de helft van
zijn leven in Nederland. Mijn beide ouders zijn in Nederland geboren en toch
blijft deze Belgische nationaliteit bestaan. Is dat erg? Geert Wilders, de man
die graag praat over knippen, vindt dat heel erg, zo erg dat hij Rutte ertoe
bracht een voorstel in te dienen om de dubbele nationaliteit te verbieden. Het
voorstel werd zelfs goedgekeurd door de Ministerraad en was op weg naar de
Tweede Kamer waar parlementariërs het voorstel zouden moeten aannemen. Dat is
inmiddels al weer twee jaar geleden. Met deze kwestie valt niet meer te scoren.
Dus het “nationaliteitengedoe” is in de la beland, samen met andere slappe
balletjes.
De vraag of
een simpel aan elkaar genaaid boekje met wat tekst ervoor kan zorgen of iemand
zich oranje voelt, is nooit beantwoord. Wilders is het spoor bijster. We horen
hem de laatste tijd sowieso al iets minder. Misschien laat zijn neus hem in de
steek. De zojuist gestelde vraag is door onze “heren en dames” politici nooit
echt beantwoord. Daarom moet ik het doen.
Wat maakt
iemand Nederlander? Toch zeker niet een boekje waarop een stoer leeuwtje
prijkt. Daar is wel wat meer voor nodig. Wordt een in het buitenland geboren
persoon überhaupt ooit een Nederlander? Dat hangt van 2 factoren af. Ten eerste
de leeftijd en ten tweede het gezin waar hij of zij opgroeit. Een geadopteerd
kind dat door Nederlandse ouders wordt opgevoed zal zich Nederlands voelen,
maar misschien toch ook nog niet helemaal. Ieder ander kind blijft altijd
buitenlander. Aan tafel wordt dat kenbaar gemaakt in talloze gesprekken. “Ja,
bij ons doen we dat anders. Jullie vinden dat ….., maar dat is bij ons toch
echt anders…”.
Er zijn
honderdduizenden mensen in Nederland die in bezit zijn van twee paspoorten.
Deze mensen zullen zich nooit Nederlander voelen. Ik durf te stellen dat onze
koningin, Maxima, zich ook nooit Nederlandse zal voelen en dat haar kinderen
zich eveneens nooit voor 100 % Nederlands zullen voelen. Er zijn eveneens
honderdduizenden mensen met twee paspoorten die zich wel degelijk Nederlands
voelen. Een goed voorbeeld is de derde generatie Turken. Vaak hebben deze
mensen nog een Turks paspoort. Dat is makkelijk wanneer ze op vakantie gaan
naar een oom of tante in Turkije. Toch voelen ze zich veel meer Nederlander dan
Turks. Een paspoort leidt niet tot “commitment”. Het “Nederlandgevoel” ontstaat
niet door het al dan niet hebben van een paspoort met een Leeuw op de
buitenkant. Het paspoort verschaft de mens geen identiteit. Identiteit ontstaat
door het doorgeven van normen en waarden van ouder op kind. Identiteit wordt
verkregen door gewoontes en tradities. Een Hollander die in Limburg woont zal
nooit datzelfde carnavalsgevoel ervaren, zoals de Limburger dat voelt. Ook de
talloze Chinezen die al generaties in Nederland wonen, voelen zich nog steeds
Chinees. Meer Chinees dan Nederlander. Wat voor buitenlanders geldt, geldt ook
voor Nederlanders. Nederlanders die in het buitenland gaan wonen, voelen zich
na vijf jaar niet plotseling een buitenlander, een Amerikaan, een Duitser of
een Afrikaan. Een Nederlander blijft nu eenmaal een kaaskop en een haringeter.
Deze hele
kwestie rondom het dubbele paspoort of de dubbele nationaliteit had dan ook
niets om het lijf en was alleen goed om even te kunnen scoren. Er zijn talloze
bezwaren om mensen hun dubbele nationaliteit te ontnemen. Er zouden minder
Nederlanders kunnen komen, omdat Nederlanders op pragmatische gronden zouden
kiezen voor de nationaliteit van het land waar zij wonen en aangezien er steeds
meer Nederlanders emigreren, wordt de bevolking steeds kleiner. Buitenlanders
die in Nederland wonen, zullen hun nationaliteit niet gauw opgeven, ook al
wonen ze hier meer dan twintig jaar. Ze voelen zich altijd verbonden met het
land waar ze vandaan kwamen, met de religie, de taal en de cultuur.
Er was ooit
een tijd waarin ouders hun kinderen naar het buitenland stuurden zodat de
kinderen hun geest konden verrijken. Zij zouden op die manier in aanraking
komen met andere gewoontes en tradities waardoor zij beter beslagen ten ijs
zouden komen in het leven. Juist intellectuelen stuurden hun kinderen naar een
buitenlandse universiteit. Zij leerden niet alleen andere gewoontes en
tradities kennen, maar leerden ook nog een taal spreken. In deze tijd gebeurt
dat nog steeds. Nederland ontvangt veel buitenlandse studenten. Op de
Erasmusuniversiteit is de voertaal Engels. Studenten ervaren dit als een
verrijking en omgekeerd geven wij, het land Nederland, deze studenten een
“klein beetje Nederland” mee naar huis. Dat komt niet alleen ten goede aan deze
studenten, maar ook aan onszelf. Het zijn juist de gemotiveerde en excellente
studenten die hier komen studeren. Zij zullen wellicht later graag zaken doen
met Nederland, het land dat hen (deels) heeft opgeleid. Dat is een belangrijk
economisch voordeel. Veel van onze beroemde schilders, haalden hun inspiratie
uit het buitenland. Hierdoor is Nederland groot geworden. Hierdoor mogen wij nu
veel toeristen ontvangen die onze kunstschatten komen bekijken.
Dordrecht, zomer 2013
Daarom mogen
we blij zijn dat dit voorstel, dit ballonnetje kapot is geprikt. Er zullen nog
wat snippers in een la liggen. Dat is alles wat over is. Het gaat niet om het
boekje, niet om de leeuw, niet om de adelaar. Het gaat om de mens en zijn
ideeën. De regering van een land zou juist blij moeten zijn met de
honderdduizenden die in Nederland leven met twee of drie paspoorten en/of
nationaliteiten. Juist mensen met een andere nationaliteit dan de Nederlandse
kunnen een verrijking zijn voor onze cultuur en onze economie. Het is de
buitenstaander die de scherpste blik heeft op een bepaalde situatie Het is ook
de buitenstaander die onbevangen staat tegenover zekere verschijnselen en
hierdoor een goed oordeel kan geven. Europa is ooit opgericht om landen dichter
bij elkaar te brengen, om geen oorlog meer te hoeven voeren. Toch zijn er
mensen die willen scoren, dan niet met wapens, maar met stompzinnige
beleidsvoorstelletjes. Dit soort mensen is geen knip voor de neus waard.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten